centre-val de loire
De gebieden rond de rivieren Loire, Cher en Indre zijn rijk aan koninklijke kastelen uit de tijd dat de Loire de scheidingslijn was tussen de Fransen en de Engelsen in de 100-jarige oorlog. Franse koningen bleven achteraf in deze kastelen resideren. D’Artagnan verbleef er geregeld als musketier en begeleider van Lodewijk XIV.
Het woud van Orléans
Wij reizen met de auto aan en vertrekken in Pithiviers, waar we de auto tijdens onze meerdaagse bij het hotel mogen achterlaten. Wie met de trein reist, kan best uit Orléans vertrekken dat een directe verbinding heeft met Parijs. In 1472, na de Honderdjarige Oorlog, kreeg de stad een verdedigingsmuur en een gracht. De vestingwerken vormden een vierhoek en strekten zich uit over een omtrek van ongeveer 1225 m. Ze bezat 4 poorten, elk verdedigd door twee torens. Vandaag zijn de grachten in het noorden en oosten van de stad in gebruik als wandelboulevard. Het kasteel van Ardoise in Pithiviers was een etappekasteel voor de Franse koningen tussen Chambord en Fontainebleau. Lodewijk XIV verbleef er in 1650, 1659, 1660, 1682, 1684, 1685 et 1687. Als vertrouwenspersoon van Lodewijk XIV en als commandant van de musketiers begeleidde Charles de Batz d’Artagnan de koning vaak op zijn verplaatsingen. Pithiviers was zowel in de heen- als terugreis een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk en dit in begeleiding van de Musketiers. |
Bij het verlaten van de stad houden we even ingetogen halt bij het monument van het voormalige concentratiekamp voor Joden. Daarna gaat het over landelijke wegen door overwegend graanvelden naar het Château de Chamerolles dat aan de rand van het woud van Orléans ligt, het grootste nationale woud van Frankrijk. Uit de periode van de Koninklijke jachtpartijen zijn 1200 km lanen overgehouden, waarvan wij er enkele uitgekozen hebben om het te doorkruisen. Waar ons asfaltwegje overgaat in grindweg bij het betreden van het woud, staat bij de hefboom een verbodsbord met daarop ‘Ayants droit’. Gelukkig slaat dit blijkbaar terug op gemotoriseerd verkeer en zijn wandelaars en fietsers gedoogd. Een 7-sprong met de toepasselijke naam Carrefour Des Sept Routes (picknickbank) is de ideale plaats om even in alle stilte te verpozen. Na het woud fietsen we over een half verhard pad langs het Canal d’Orléans richting Loire. Het kanaal is gebouwd onder Lodewijk XIV om de commerciële rivieren Seine en Loire met elkaar te verbinden. Tot de 19e E verliep de scheepsvaart enkel in de richting van Orléans naar Parijs en dit met gammele houten boten die op hun bestemming verkocht werden voor het hout. Voor de terugtocht vonden de schippers immers geen vracht. Vandaag is er geen scheepsverkeer meer.
Van de Loire via de Cher naar de Indre
De 100-jarige oorlog krijgt een belangrijke wending in Orléans wanneer Jeanne d’Arc in 1429 de stad bevrijdt van het Engelse juk. Jeanne is overal in het stadsbeeld aanwezig. Op het centrale plein in de stad staat het bronzen standbeeld van Jeanne d’Arc te paard. Opmerkelijk zijn de 12 glasramen over het leven van Jeanne d’Arc in de kathedraal van het Heilig Kruis. De verovering van Orléans blijft in gedachte bij wijze van een jaarlijkse intocht langs de oostelijke poort, waar de Engelsen de verdediging verwaarloosden. Het oude middeleeuwse stadsdeel langs de Loire met vele vakwerkhuizen is ’s middags een rustige buurt, maar naar de avond toe transformeert zich dit tot een gezellig uitgangskwartier. De meest attractieve straat is de Rue de Bourgogne met een allegaartje aan eet- en dranklokalen. Sinds enige jaren is ook de oude buurt tussen deze Rue de Bourgogne en de Loire opgesmukt tot een uitgaansbuurt met leuke terrassen.
Orléans was in 1659 een etappe van Lodewijk XIV op de terugreis vanuit Spanje, waar hij in het huwelijk trad met Marie-Thérèse van Oostenrijk, naar de koninklijke residentie in Vincennes.
De 100-jarige oorlog krijgt een belangrijke wending in Orléans wanneer Jeanne d’Arc in 1429 de stad bevrijdt van het Engelse juk. Jeanne is overal in het stadsbeeld aanwezig. Op het centrale plein in de stad staat het bronzen standbeeld van Jeanne d’Arc te paard. Opmerkelijk zijn de 12 glasramen over het leven van Jeanne d’Arc in de kathedraal van het Heilig Kruis. De verovering van Orléans blijft in gedachte bij wijze van een jaarlijkse intocht langs de oostelijke poort, waar de Engelsen de verdediging verwaarloosden. Het oude middeleeuwse stadsdeel langs de Loire met vele vakwerkhuizen is ’s middags een rustige buurt, maar naar de avond toe transformeert zich dit tot een gezellig uitgangskwartier. De meest attractieve straat is de Rue de Bourgogne met een allegaartje aan eet- en dranklokalen. Sinds enige jaren is ook de oude buurt tussen deze Rue de Bourgogne en de Loire opgesmukt tot een uitgaansbuurt met leuke terrassen.
Orléans was in 1659 een etappe van Lodewijk XIV op de terugreis vanuit Spanje, waar hij in het huwelijk trad met Marie-Thérèse van Oostenrijk, naar de koninklijke residentie in Vincennes.
Over leuke kleine departementale wegen fietsen we door de fruitstreek van Orléans naar de bossen van de Sologne. Links en rechts leiden brede grindwegen naar in de bossen verscholen 19e eeuwse privékasteeltjes. We logeren in een B&B in Selles-sur-Cher. De ontbijttafel geeft de volgende ochtend zicht op de rivier waar zwaluwen naar het wateroppervlak duiken. Na een tijdje in de bedding van de Cher gefietst te hebben, gaat het licht heuvelen. We duiken een enig mooi beekvalleitje in en wanneer we dat verlaten is het tijd voor tientallen kilometers graanlandschap. In 2016 was hier ten noorden van Châteauroux veel commotie over 1700 ha graanlandschap dat opgekocht werd door Chinese investeerders voor export van graan en tarwe naar China.
In 917 richt de edele Ebbes de Nobles de abdij Déols op, naar voorbeeld van de enkele jaren voordien gebouwde prestigieuze abdij van Cluny. Zijn navolgelingen bouwen een eerste kasteel op de oever van de Indre. Een dorp komt tot ontwikkeling en krijgt in 1112 de naam Castrum Radulphi (kasteel Château Raoul), verwijzend naar Raoul le Large, één van die navolgelingen. Later wordt dit samengetrokken tot Châteauroux. Na vernielingen door oorlogen krijgt het kasteel in de 13e E een verdedigingsmuur. Het dorp groeit uit tot stad en wordt ommuurd. Tijdens de Romantiek ontgroeit de stad zijn muren en ondergaat een industriële evolutie. Het kasteel Balsan met park en de gebouwen van de voormalige tabaksmanufactuur langs de Indre staan represent voor de industriële renaissancestijl.
In 917 richt de edele Ebbes de Nobles de abdij Déols op, naar voorbeeld van de enkele jaren voordien gebouwde prestigieuze abdij van Cluny. Zijn navolgelingen bouwen een eerste kasteel op de oever van de Indre. Een dorp komt tot ontwikkeling en krijgt in 1112 de naam Castrum Radulphi (kasteel Château Raoul), verwijzend naar Raoul le Large, één van die navolgelingen. Later wordt dit samengetrokken tot Châteauroux. Na vernielingen door oorlogen krijgt het kasteel in de 13e E een verdedigingsmuur. Het dorp groeit uit tot stad en wordt ommuurd. Tijdens de Romantiek ontgroeit de stad zijn muren en ondergaat een industriële evolutie. Het kasteel Balsan met park en de gebouwen van de voormalige tabaksmanufactuur langs de Indre staan represent voor de industriële renaissancestijl.
Van de Indre terug naar de Cher
We fietsen door het park langs de Indre naar Déols. De stadspoorten La Port du Pont Perrin in het zuiden, waar vroeger de brug was over de Indre, en La Porte de l’Horloge in het noorden zijn nog zichtbaar in het straatbeeld. De oude pelgrimsweg naar Compostela liep doorheen beide poorten. De benedictijner abdijkerk van Déols was 113 m lang en bezat 7 torens. In de huidige ruïne is slechts één toren van 42 m hoogte behouden gebleven. We fietsen ongewild over wegen uit het parcours van de Tour de France. Over glooiende akkervelden gaat het over kleine wegen naar Levroux, stad van het leer en het perkament. De Middeleeuwse kern achter de stadspoort la Porte de Champagne is goed behouden met typische huizen en steegjes, waarover aan waslijnen voor de gelegenheid honderden gele, groene en bolletjestruien wapperen. In Bouges-le-Château staat een mooi Kasteel in Italiaanse renaissance architectuur. Alleen jammer dat wanneer wij er aan voorbij fietsen het volledig ingepakt staat voor renovatie. Het leuk ingerichte Tour de France plantsoen kan de ontgoocheling alleszins een beetje verzachten. Na de eenzame akkerwegen gaat het nu door bos, gevolgd door landelijke weggetjes boven op een heuvelrug. Het is genieten van de vergezichten met als uitschieter het zicht op het kasteel van Valencay. Het is één van de meest prestigieuze kastelen in de Loirestreek. Het domein met tuinen, park en bos is 53 ha groot. Charles-Maurice de Talleyrand was een invloedrijke Franse diplomaat onder het regime van Lodewijk XVI, Napoléon I, Lodewijk XVIII, Karel X en Lodewijk Filips. Als ex-bisschop van Autun en minister van Buitenlandse Zaken van het Consulaat verwerft hij onder toedoen van Napoléon Bonaparte in 1803 het kasteel. Het landgoed moest dienst doen voor ontvangst van diplomaten en markante buitenlanders. We fietsen het wijngebied van Touraine binnen. Op een rots tussen de wijngaarden staat het kasteel van Châteauvieux. Je weet wel zo een prentbriefbeeld dat bijblijft. We verblijven in het charmante middeleeuwse stadje Saint-Aignan aan de oever van de Cher. De stad viert feest. Verscheidene fanfares maken hun opwachting op onze weg naar de binnenkoer van het renaissancekasteel.
We fietsen door het park langs de Indre naar Déols. De stadspoorten La Port du Pont Perrin in het zuiden, waar vroeger de brug was over de Indre, en La Porte de l’Horloge in het noorden zijn nog zichtbaar in het straatbeeld. De oude pelgrimsweg naar Compostela liep doorheen beide poorten. De benedictijner abdijkerk van Déols was 113 m lang en bezat 7 torens. In de huidige ruïne is slechts één toren van 42 m hoogte behouden gebleven. We fietsen ongewild over wegen uit het parcours van de Tour de France. Over glooiende akkervelden gaat het over kleine wegen naar Levroux, stad van het leer en het perkament. De Middeleeuwse kern achter de stadspoort la Porte de Champagne is goed behouden met typische huizen en steegjes, waarover aan waslijnen voor de gelegenheid honderden gele, groene en bolletjestruien wapperen. In Bouges-le-Château staat een mooi Kasteel in Italiaanse renaissance architectuur. Alleen jammer dat wanneer wij er aan voorbij fietsen het volledig ingepakt staat voor renovatie. Het leuk ingerichte Tour de France plantsoen kan de ontgoocheling alleszins een beetje verzachten. Na de eenzame akkerwegen gaat het nu door bos, gevolgd door landelijke weggetjes boven op een heuvelrug. Het is genieten van de vergezichten met als uitschieter het zicht op het kasteel van Valencay. Het is één van de meest prestigieuze kastelen in de Loirestreek. Het domein met tuinen, park en bos is 53 ha groot. Charles-Maurice de Talleyrand was een invloedrijke Franse diplomaat onder het regime van Lodewijk XVI, Napoléon I, Lodewijk XVIII, Karel X en Lodewijk Filips. Als ex-bisschop van Autun en minister van Buitenlandse Zaken van het Consulaat verwerft hij onder toedoen van Napoléon Bonaparte in 1803 het kasteel. Het landgoed moest dienst doen voor ontvangst van diplomaten en markante buitenlanders. We fietsen het wijngebied van Touraine binnen. Op een rots tussen de wijngaarden staat het kasteel van Châteauvieux. Je weet wel zo een prentbriefbeeld dat bijblijft. We verblijven in het charmante middeleeuwse stadje Saint-Aignan aan de oever van de Cher. De stad viert feest. Verscheidene fanfares maken hun opwachting op onze weg naar de binnenkoer van het renaissancekasteel.
Langs de pronkkastelen tussen Cher en Loire
In de vallei van de Cher liggen de Romeinse ruïnes van Mazelles. Dit waren vermoedelijk opslaggebouwen voor goederen behorende tot de Romeinse stad Tasciaca op de weg tussen Bourges en Tours. Over kleine departementale weggetjes verlaten we de vallei van de Cher. Het oudste kasteel van de Loire is dat van Fougères-sur-Bièvre. Ondanks aanpassingen krijgt het vierkantig omsloten kasteel nooit de allure en rijkdom van de Koninklijke Loirekastelen. Over fietspaden van het netwerk ‘Château à vélo’ gaat het voorbij enkele van de bekendste Loirekastelen naar Blois aan de Loire. Via de kastelen van Chitenay en Troussay gaat het naar Cheverny. Het kasteel, bekend uit de strips van Kuifje, heeft een prachtig park met vele solitaire bomen waaronder een reusachtige sequoia en een al even imposante mammoetboom. Het interieur van het kasteel is het mooist bemeubelde van alle koningskastelen. Buiten trekt het geblaf van de Franse jachthonden van het ras Chien Français Tricolore (driekleurige Franse Hound) in de hondenkennel de volle aandacht. In Bracieux stoppen we bij het standbeeld van de musketier Porthos, die in de boeken van Alexandre Dumas hier geboren zou zijn. De fictieve Porthos zou gebaseerd zijn op de legendarische musketier Isaac de Portau uit Pau.
Tijdens de Honderdjarige Oorlog (1337-1453) was de Loire de scheidingslijn tussen de Engelsen en de Fransen. Met gevolg dat de Franse koningen zich ten zuiden van de Loire terugtrokken. Na de herovering op de Engelsen bleef de streek geliefd bij de Franse adel en de koningen die zo’n 200 jaar van hieruit bleven regeren. De godsdienstoorlog in het midden van de 16de E en de pestplaag verplaatste koningen, inclusief adel, terug naar Parijs. Het meest tot de verbeelding sprekende kasteel van de Loire is zonder uitzondering het kasteel van Chambord. Het imposante renaissancekasteel telt 440 kamers, 365 torens en 1036 ramen. De centrale vierkantige donjon is versterkt door enorme ronde torens op de hoeken. Langs weerszijden is deze verlengd door twee symmetrische zijvleugels, elk opnieuw begrensd door een enorme toren. Het kasteel vertoont een sprookjesachtig uitzicht door de vele sierlijke schoorstenen en torentjes op de daken. Centraal in de hal van de enorme vierkante donjon staat een magische dubbele stenen wenteltrap die toegang geeft tot 3 verdiepingen met gemeubileerde kamers waaronder de blauwe slaapkamer van de koning, de rode slaapkamer van de koningin, de kamer van de graaf van Chambord en de schilderijengalerij van de hertogin van Berry. Op het dak wandel je tussen de schoorstenen van toren naar toren waar het genieten is van de lange oneindige kaarsrechte oprijlanen voor en achter het kasteel. Het koninklijke nationale domein is maar liefst 5500 ha groot en omgeven door een 37 km lange muur. Vroeger was dit het jachtdomein van Frans I en vandaag het grootste ommuurde bosnatuurpark ter wereld. Chambord was een koninklijke residentie van de Franse koningen gedurende tweehonderd jaar (1515 tot 1715).
Onder de regeerperiode van Lodewijk XIV wordt het kasteel verfraaid en verblijft deze er 9 maal tussen 1650 en 1685. Meer dan zeker is dat d'Artagnan, als vertrouwenspersoon en musketier, verbonden aan de bescherming van de koning, daar ook verbleef. Chambord was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk. Dit gebeurde in begeleiding van de Musketiers.
Vanaf Saint-Dyé-sur-Loire volgen we de Loire over een fietspad langs de rivier naar Blois. Vanaf deze oever krijgen we zicht op de ommuurde kastelen van Cour-sur-Loire en Menars die op de andere oever liggen.
April 1625. De jonge d’Artagnan, op weg naar Parijs om de musketiers bij te treden, wordt in de herberg Saint-Jacques vernederd door de hem onbekende graaf De Rochefort en Milady de Winter, twee pionnen van kardinaal Richelieu … Zo begint Alexandre Dumas zijn bestseller, het boek ‘De drie musketiers’. In de roman vindt deze gebeurtenis plaats in Meung-sur-Loire. In werkelijkheid speelt dit tafereel onder identieke omstandigheden, waar een edele heer de persoon d’Artagnan in het belachelijke trekt, zich af in Saint-Dyé-sur-Loire.
Blois bezit een uniek historisch centrum met pittoreske straatjes. Het koninklijk kasteel van Blois, de vroegere verblijfplaats van de Franse koningen met 4 verschillende gevels van gotiek, flamboyante gotiek, Italiaanse renaissance en classicisme zijn een voorbeeld voor de evolutie van de Franse architectuur van de 13e tot de 17e E.
Blois was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk. Van 24 september tot 21 oktober 1668 maakt Lodewijk XIV samen met de koningin een reis naar Chambord. Blois en Orléans zijn etappes op deze reis.
In de vallei van de Cher liggen de Romeinse ruïnes van Mazelles. Dit waren vermoedelijk opslaggebouwen voor goederen behorende tot de Romeinse stad Tasciaca op de weg tussen Bourges en Tours. Over kleine departementale weggetjes verlaten we de vallei van de Cher. Het oudste kasteel van de Loire is dat van Fougères-sur-Bièvre. Ondanks aanpassingen krijgt het vierkantig omsloten kasteel nooit de allure en rijkdom van de Koninklijke Loirekastelen. Over fietspaden van het netwerk ‘Château à vélo’ gaat het voorbij enkele van de bekendste Loirekastelen naar Blois aan de Loire. Via de kastelen van Chitenay en Troussay gaat het naar Cheverny. Het kasteel, bekend uit de strips van Kuifje, heeft een prachtig park met vele solitaire bomen waaronder een reusachtige sequoia en een al even imposante mammoetboom. Het interieur van het kasteel is het mooist bemeubelde van alle koningskastelen. Buiten trekt het geblaf van de Franse jachthonden van het ras Chien Français Tricolore (driekleurige Franse Hound) in de hondenkennel de volle aandacht. In Bracieux stoppen we bij het standbeeld van de musketier Porthos, die in de boeken van Alexandre Dumas hier geboren zou zijn. De fictieve Porthos zou gebaseerd zijn op de legendarische musketier Isaac de Portau uit Pau.
Tijdens de Honderdjarige Oorlog (1337-1453) was de Loire de scheidingslijn tussen de Engelsen en de Fransen. Met gevolg dat de Franse koningen zich ten zuiden van de Loire terugtrokken. Na de herovering op de Engelsen bleef de streek geliefd bij de Franse adel en de koningen die zo’n 200 jaar van hieruit bleven regeren. De godsdienstoorlog in het midden van de 16de E en de pestplaag verplaatste koningen, inclusief adel, terug naar Parijs. Het meest tot de verbeelding sprekende kasteel van de Loire is zonder uitzondering het kasteel van Chambord. Het imposante renaissancekasteel telt 440 kamers, 365 torens en 1036 ramen. De centrale vierkantige donjon is versterkt door enorme ronde torens op de hoeken. Langs weerszijden is deze verlengd door twee symmetrische zijvleugels, elk opnieuw begrensd door een enorme toren. Het kasteel vertoont een sprookjesachtig uitzicht door de vele sierlijke schoorstenen en torentjes op de daken. Centraal in de hal van de enorme vierkante donjon staat een magische dubbele stenen wenteltrap die toegang geeft tot 3 verdiepingen met gemeubileerde kamers waaronder de blauwe slaapkamer van de koning, de rode slaapkamer van de koningin, de kamer van de graaf van Chambord en de schilderijengalerij van de hertogin van Berry. Op het dak wandel je tussen de schoorstenen van toren naar toren waar het genieten is van de lange oneindige kaarsrechte oprijlanen voor en achter het kasteel. Het koninklijke nationale domein is maar liefst 5500 ha groot en omgeven door een 37 km lange muur. Vroeger was dit het jachtdomein van Frans I en vandaag het grootste ommuurde bosnatuurpark ter wereld. Chambord was een koninklijke residentie van de Franse koningen gedurende tweehonderd jaar (1515 tot 1715).
Onder de regeerperiode van Lodewijk XIV wordt het kasteel verfraaid en verblijft deze er 9 maal tussen 1650 en 1685. Meer dan zeker is dat d'Artagnan, als vertrouwenspersoon en musketier, verbonden aan de bescherming van de koning, daar ook verbleef. Chambord was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk. Dit gebeurde in begeleiding van de Musketiers.
Vanaf Saint-Dyé-sur-Loire volgen we de Loire over een fietspad langs de rivier naar Blois. Vanaf deze oever krijgen we zicht op de ommuurde kastelen van Cour-sur-Loire en Menars die op de andere oever liggen.
April 1625. De jonge d’Artagnan, op weg naar Parijs om de musketiers bij te treden, wordt in de herberg Saint-Jacques vernederd door de hem onbekende graaf De Rochefort en Milady de Winter, twee pionnen van kardinaal Richelieu … Zo begint Alexandre Dumas zijn bestseller, het boek ‘De drie musketiers’. In de roman vindt deze gebeurtenis plaats in Meung-sur-Loire. In werkelijkheid speelt dit tafereel onder identieke omstandigheden, waar een edele heer de persoon d’Artagnan in het belachelijke trekt, zich af in Saint-Dyé-sur-Loire.
Blois bezit een uniek historisch centrum met pittoreske straatjes. Het koninklijk kasteel van Blois, de vroegere verblijfplaats van de Franse koningen met 4 verschillende gevels van gotiek, flamboyante gotiek, Italiaanse renaissance en classicisme zijn een voorbeeld voor de evolutie van de Franse architectuur van de 13e tot de 17e E.
Blois was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk. Van 24 september tot 21 oktober 1668 maakt Lodewijk XIV samen met de koningin een reis naar Chambord. Blois en Orléans zijn etappes op deze reis.
Loire à vélo
De fietsroute Loire à vélo is onze begeleider van Blois tot Châteauneuf-sur-Loire. De Romaanse toren Tour Cesar, de abdijkerk, het begijnhof, de stadspoort Tour de l’horloge, het kasteel, het huis van de tempeliers en het renaissance stadhuis bepalen het stadsbeeld van Beaugency. Ook Meung-sur-Loire is een aardig stadje met piepkleine straten. Het wordt gedomineerd door het kasteel met twee gezichten. Vanaf de straatkant kijken we op de middeleeuwse vesting en langs achter krijgen we een renaissanceslot te zien. Orléans is opnieuw onze etappeplaats. Op 10 km voor de stad stoppen we op een picknickplaats onder enorme platanen om onze voorheen aangeschafte broodjes te verorberen. Als we opnieuw willen vertrekken trekt een enorme bui over ons heen. Het giet water met emmers. Kletsnat de bui achterna fietsend bereiken we Orléans. ‘s Anderendaags zetten we onze tocht langs de Loire verder. Jargeau was een havenstadje met typische platbodems, houten boten om de ondiepe Loire te bevaren. Midden op de stadsmuur bevindt zich een uitzichtpunt. Erachter de toegang tot een smal winkelstraatje met dat ene dorstlessende cafeetje. Jargeau is bekend om zijn Andouilettes, een eeuwenoud recept van gevulde varkensdarmen met een specifieke krachtige smaak die veel mensen bij een eerste kennismaking als onaangenaam ervaren.
Jargeau was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk.
D’Artagnan is niet de enige legende die dit deel van de Loire bezocht. Uiteraard mogen we Jeanne d’Arc niet vergeten die op 29 april 1429 Orléans bevrijdt. Op 12 juni 1429 neemt ze Jargeau in, op 15 juni 1429 Meung-sur-Loire en op 17 juni 1429 Beaugency. Het park van het kasteel van Châteauneuf-sur-Loire bezit een opmerkelijke flora. Ongeveer dertig bomen sieren het park waaronder een Japanse Sophora en een Virginia Tulpenboom die geregistreerd staan als opmerkelijke bomen van Frankrijk. We maken een doorsteek naar het Canal d’Orléans dat we oversteken in Vitry-aux-Loges. Deze keer leidt een geasfalteerd wegje ons door het Woud van Orléans en picknicken we op een 8-sprong, het Carrefour des 8 Routes. Na het bos resten nog enkele kilometers door graanveldlandschap tot Pithiviers. Onze Tongerse afkomst gebied ons om te eindigen nog een kijkje te gaan nemen bij de grondvesten van de Romeinse thermen in Pithiviers-le-Vieil.
De fietsroute Loire à vélo is onze begeleider van Blois tot Châteauneuf-sur-Loire. De Romaanse toren Tour Cesar, de abdijkerk, het begijnhof, de stadspoort Tour de l’horloge, het kasteel, het huis van de tempeliers en het renaissance stadhuis bepalen het stadsbeeld van Beaugency. Ook Meung-sur-Loire is een aardig stadje met piepkleine straten. Het wordt gedomineerd door het kasteel met twee gezichten. Vanaf de straatkant kijken we op de middeleeuwse vesting en langs achter krijgen we een renaissanceslot te zien. Orléans is opnieuw onze etappeplaats. Op 10 km voor de stad stoppen we op een picknickplaats onder enorme platanen om onze voorheen aangeschafte broodjes te verorberen. Als we opnieuw willen vertrekken trekt een enorme bui over ons heen. Het giet water met emmers. Kletsnat de bui achterna fietsend bereiken we Orléans. ‘s Anderendaags zetten we onze tocht langs de Loire verder. Jargeau was een havenstadje met typische platbodems, houten boten om de ondiepe Loire te bevaren. Midden op de stadsmuur bevindt zich een uitzichtpunt. Erachter de toegang tot een smal winkelstraatje met dat ene dorstlessende cafeetje. Jargeau is bekend om zijn Andouilettes, een eeuwenoud recept van gevulde varkensdarmen met een specifieke krachtige smaak die veel mensen bij een eerste kennismaking als onaangenaam ervaren.
Jargeau was een etappe op de reis van Lodewijk XIV in 1659 naar Spanje waar hij in het huwelijk zou treden met Marie-Thérèse van Oostenrijk.
D’Artagnan is niet de enige legende die dit deel van de Loire bezocht. Uiteraard mogen we Jeanne d’Arc niet vergeten die op 29 april 1429 Orléans bevrijdt. Op 12 juni 1429 neemt ze Jargeau in, op 15 juni 1429 Meung-sur-Loire en op 17 juni 1429 Beaugency. Het park van het kasteel van Châteauneuf-sur-Loire bezit een opmerkelijke flora. Ongeveer dertig bomen sieren het park waaronder een Japanse Sophora en een Virginia Tulpenboom die geregistreerd staan als opmerkelijke bomen van Frankrijk. We maken een doorsteek naar het Canal d’Orléans dat we oversteken in Vitry-aux-Loges. Deze keer leidt een geasfalteerd wegje ons door het Woud van Orléans en picknicken we op een 8-sprong, het Carrefour des 8 Routes. Na het bos resten nog enkele kilometers door graanveldlandschap tot Pithiviers. Onze Tongerse afkomst gebied ons om te eindigen nog een kijkje te gaan nemen bij de grondvesten van de Romeinse thermen in Pithiviers-le-Vieil.
Praktisch
STARTPLAATS: Pithiviers of Orléans (station)
AFSTAND: 585 km
ETAPPES:
Pitiviers - Orléans 65,1 km
Orléans - Selles-sur-Cher 98,3 km
Selles-sur-Cher - Châteauroux 87,4 km
Châteauroux - Saint Aignan 87,1 km
Saint Aignan - Blois 94,6 km
Blois - Orléans 64,2 km
Orléans - Pithiviers 88,6 km
GPS-TRACKS: de GPS-tracks van deze meerdaagse fietslus en de 8 ééndagslussen zijn een digitale aanvulling op de fietsgids 'Op de fiets in het spoor van d'Artagnan' en worden in een aparte map meegestuurd in een LINK bij aankoop van deze fietsgids (zowel ringmapversie als digitale versie)
FIETSGIDS: Op de fiets in het spoor van d’Artagnan te bestellen op https://fiets-wandel-contreien.weebly.com/fietsgidsen-shop.html
LOGIES:
Wij logeerden in:
Hôtel La Scala in Pithiviers, www.scala-pithiviers.fr
Hôtel Marguerite in Orléans, www.hotel-orleans.fr
Chambre d’Hôte La Pêcherie in Selles-sur-Cher, www.booking.com
Hôtel Ibis Châteauroux in Châteauroux, all.accor.com
Hôtel du Moulin, 7 Rue Novilliers in Saint Aignan, www.moulin-saint-aignan.com
Hôtel Le Monarque in Blois, www.hotel-lemonarque.com
AANREIS OPENBAAR VERVOER: Trein Brussel → Lille → Parijs → Orléans
Met dank voor medewerking aan het CRT Centre-Val de Loire (www.valdeloire-france.com / www.loireavelo.fr); ADT 36 Agence départementale du Tourisme de l’Indre (www.indreberry.fr); ADT 41 Agence de Développement touristique Val deLoire – Loir-et-Cher (www.val-de-loire-41.com); ADT 45 Agence de Développement et de Réservation Touristiques du Loiret (www.tourismeloiret.com)
STARTPLAATS: Pithiviers of Orléans (station)
AFSTAND: 585 km
ETAPPES:
Pitiviers - Orléans 65,1 km
Orléans - Selles-sur-Cher 98,3 km
Selles-sur-Cher - Châteauroux 87,4 km
Châteauroux - Saint Aignan 87,1 km
Saint Aignan - Blois 94,6 km
Blois - Orléans 64,2 km
Orléans - Pithiviers 88,6 km
GPS-TRACKS: de GPS-tracks van deze meerdaagse fietslus en de 8 ééndagslussen zijn een digitale aanvulling op de fietsgids 'Op de fiets in het spoor van d'Artagnan' en worden in een aparte map meegestuurd in een LINK bij aankoop van deze fietsgids (zowel ringmapversie als digitale versie)
FIETSGIDS: Op de fiets in het spoor van d’Artagnan te bestellen op https://fiets-wandel-contreien.weebly.com/fietsgidsen-shop.html
LOGIES:
Wij logeerden in:
Hôtel La Scala in Pithiviers, www.scala-pithiviers.fr
Hôtel Marguerite in Orléans, www.hotel-orleans.fr
Chambre d’Hôte La Pêcherie in Selles-sur-Cher, www.booking.com
Hôtel Ibis Châteauroux in Châteauroux, all.accor.com
Hôtel du Moulin, 7 Rue Novilliers in Saint Aignan, www.moulin-saint-aignan.com
Hôtel Le Monarque in Blois, www.hotel-lemonarque.com
AANREIS OPENBAAR VERVOER: Trein Brussel → Lille → Parijs → Orléans
Met dank voor medewerking aan het CRT Centre-Val de Loire (www.valdeloire-france.com / www.loireavelo.fr); ADT 36 Agence départementale du Tourisme de l’Indre (www.indreberry.fr); ADT 41 Agence de Développement touristique Val deLoire – Loir-et-Cher (www.val-de-loire-41.com); ADT 45 Agence de Développement et de Réservation Touristiques du Loiret (www.tourismeloiret.com)